Bij veel werkvormen laat je je deelnemers samenwerken in subgroepen. Want je weet ongetwijfeld dat deelnemers leren door kennis en ervaring met anderen uit te wisselen en samen aan iets te werken. Daarnaast zorgt een opdracht in kleinere groepen voor actieve betrokkenheid van de deelnemers. Natuurlijk kun je hen zelf laten kiezen met wie ze willen samenwerken of hen voorstellen om samen te werken met de persoon die naast hen zit. Dat werkt meestal prima maar het kan natuurlijk leuker. In dit blog vind je onze favoriete manieren om deelnemers op te splitsen.
Bij veel bijeenkomsten zal je zien dat de trainer of facilitor ervoor kiest om bij de selectie van de groepsleden tellend het rijtje af te gaan. Deelnemers die naast elkaar gaan zitten, zijn zo vaak de hele dag een duo. Nu zijn ze natuurlijk niet voor niets naast elkaar gaan zitten en ze voelen zich zo vaak veiliger in de groep. Maar het kan ook zinvol zijn om de deelnemers eens goed door elkaar te mixen.
Variëren met de groepsgrootte
Als je een groep indeelt, kun je bewust kiezen voor een bepaalde groepsomvang en daarmee variëren om de kans op interactie te verhogen. Hoe minder deelnemers je samen zet, hoe meer mensen er immers tegelijk aan het woord zijn. Ook minder extraverte deelnemers hebben op die manier de gelegenheid een bijdrage te leveren. Om te werken aan veiligheid en vertrouwen in de groep werken wij daarom graag eerst alleen of met duo’s. Voor opdrachten die minder veiligheid vragen maken we vervolgens grotere groepen. Bij vier of vijf deelnemers werkt coöperatief leren optimaal.
Soorten groepen
Voor dat je kiest voor een vorm van het indelen, is het goed om te bedenken wat voor soort groep het best werkt voor jouw programma.
Onze favoriete werkvormen:
1. Zoek iemand die …
Nodig de deelnemers uit om zich vanuit een bepaald criterium te groeperen, bijvoorbeeld ‘Kies iemand met wie je nog niet hebt samengewerkt’. Dat geeft herkenbaarheid maar wel de ruimte om de gebruikelijke groepjes te doorbreken.
2. Candy bar
Plaats op elke tafel een ander soort snoepreep. Vertel de deelnemers dat niemand deze reep (nog) mag opeten. Geef aan iedere deelnemer een kleine snackversie van dezelfde repen. Nodig nu iedereen uit om naar de juiste reep op de tafels te gaan. Mars gaat bijvoorbeeld naar de Mars-tafel. Ditzelfde kun je natuurlijk ook met bijvoorbeeld snoepjes doen.
3. Kwartet
Gebruik een kwartetspel en tel af hoeveel kaartensetjes je nodig hebt. Deel de kaartjes uit en nodig hen uit om op zoek te gaan naar de andere kaartjes van het kwartet. Alle deelnemers met hetzelfde kwartet werken samen.
4. Lijk je op mij?
Geef de volgende opdracht: zoek iemand met dezelfde kleur ogen, maat schoenen of lengte en maak een groepje. Een alternatief is dat je de deelnemers indeelt op volgorde van lengte, haarlengte, haarkleur, voornaam, achternaam enzovoort. Zet je deelnemers bijvoorbeeld op een rij van licht naar donker en verdeel hen dan in groepen.
5. Letters
Elke deelnemer ontvangt een letter. Geef de groep nu de opdracht om woorden van 5 letters te maken. De 'letters' zullen nogal eens moeten wisselen van groepje, voordat iedereen bij 'een echt woord' een plekje heeft gevonden.
6. Puzzelen
Knip zoveel foto's of ansichtkaarten als je groepjes wilt vormen in zoveel stukjes als elke groep groot moet zijn. Verdeel de stukjes willekeurig over de groep en laat de deelnemers de puzzel van hun groepje compleet maken
7. Bonnie & Clyde
Elke deelnemer krijgt een sticker op de rug geplakt met een woord. Deze woorden horen in duo’s bij elkaar, bijvoorbeeld Bonnie & Clyde. De deelnemers zoeken nu hun partner door middel van het stellen van vragen over zichzelf die alleen beantwoord mogen worden met “ja” of “nee”. Als het duo elkaar gevonden heeft, gaan zij weer zitten.
Voorbeelden voor de duo’s:
Wanneer je grotere groepjes nodig hebt, maak je sets van bijvoorbeeld 4 woorden, zoals “tennisracket”, “bal”, “tennisbaan” en “back-hand”.
8. Bellen
Doe alle telefoonnummers van de deelnemers in een grote pot. Kies een aantal teamkapiteins en laat hen om beurten een telefoonnummer trekken uit de pot. Zij moeten deze dan bellen en zo worden de groepjes gevormd en bekend gemaakt.
Digitale mogelijkheden
Digitale tools zijn makkelijk om te gebruiken bij het maken van groepjes. Je typt de namen van de deelnemers in en geeft aan hoeveel groepjes je wil hebben. Vervolgens druk je op de knop en verschijnen de namen door elkaar gehusseld en in groepjes op je scherm. Er zijn meerdere websites waar je dit kunt laten doen, bijvoorbeeld Groepjesmaker of Namepicker
Aan de slag
Als verschillende subgroepen aan de slag gaan, is het fijn dat ze zich kunnen verplaatsen in de ruimte of buiten. Daarbij helpt het om af te spreken dat als zij klaar zijn, dat ze terugkomen naar hun oorspronkelijke plek. Zo behoud je het overzicht. Wie klaar is, kan je bijvoorbeeld aanmoedigen om al even stil te staan bij wat hij of zij wil meenemen vanuit de uitwisseling en feedback van de collega’s.
Nieuwsbrief ontvangen?
Bedankt voor je bericht.
We nemen zo snel mogelijk contact met je op.
Oeps, er is een fout opgetreden bij het versturen van je bericht.
Probeer het later nog eens.
Alle rechten voorbehouden | studio stapelgoed